De pluimveehouder wil het optimale resultaat, of het nu maximale groei of eierproductie is of het optimale saldo. Behalve management is het het voer dat het verschil maakt. Het voeren van kippen is in essentie niets anders dan het optimaal benutten en gezond houden van de spijsverteringsorganen van de kip.
Voer en darmgezondheid gaan daarom hand in hand. De uitgangspunten voor goed voer en dus ook een goede darmgezondheid verschillen tussen leg- en vleessector. Waar de één bovenop bepaalde ingrediënten zal zitten als het gaat om eischaalkwaliteit, zal de ander meer sturen op het voorkomen van het gebruik van antibiotica door bijvoorbeeld probiotica.
De voerwereld is bovendien in ontwikkeling. Additieven zijn in zwang, prijzen zijn volatiel, alternatieve ingrediënten worden onderzocht of al gebruikt. Maar kennen we ze en wat doen ze. Ook onderzoeken op het vlak van insectenvoer (en wellicht de herintroductie van diermeel) zouden in de toekomst het belangrijke ingrediënt soja kunnen vervangen.