De Commissie Gezondheid en Beroepsmatige Blootstelling aan Stoffen adviseert om een gezondheidskundige advieswaarde van 1,5 milligram per kubieke meter lucht inhaleerbaar graanstof, gemiddeld over een achturige werkdag aan te houden.
Stofdeeltjes
De Commissie heeft een conceptrapport opgesteld waarin deze aanbeveling wordt gedaan. De commissie definieert graanstof als stofdeeltjes afkomstig van ondermeer tarwe, haver, gerst, rogge, mais, rijst, peulvruchten – waaronder erwten en soja – en diverse oliezaden. Buiten deze definitie valt stof afkomstig van gemalen tarwe en rogge (meelstof), zoals dat aanwezig is in meelfabrieken en bakkerijen. Endotoxinen vormen een variabele en belangrijke component van graanstof.
Syndromen
Blootstelling aan graanstof kan leiden tot een scala van klinische syndromen die voornamelijk te maken hebben met longen en luchtwegen, maar ook met huid en slijmvliezen. Hoesten, slijmproductie, piepen, kortademigheid en longfunctieveranderingen komen vaak voor na inademing van graanstof en wijzen op chronische bronchitis en astma. Blootstelling aan graanstof lijkt ook te kunnen leiden tot niet-respiratoire effecten zoals huidaandoeningen; de diervoederindustrie wordt vanwege toevoeging van diverse stoffen regelmatig genoemd als industrie met verhoogd risico voor het ontstaan van allergische huidaandoeningen. Daarnaast zijn er bij graanwerkers aanwijzingen gevonden voor verhoogde morbiditeit en mortaliteit ten gevolge van kanker.
Grenswaarden
In Nederland bestaat geen specifieke grenswaarde voor de blootstelling aan graanstof. De American Conference of Governmental Industrial Hygienists hanteert sinds 1988 een Threshold Limit Value (TLV) voor totaal graanstof van 4 milligram per kubieke meter lucht, gemiddeld over een achturige werkdag. De Britse Health and Safety Executive heeft een Workplace Exposure Limit van 10 milligram per kuub voor graanstof, gemiddeld over een achturige werkdag.
Advies
Uit het epidemiologisch materiaal van de studies van Corey et al. en Dopico et al. leidt de commissie een lowest observed adverse effect level (LOAEL) af van 4 milligram per kubieke meter lucht inhaleerbaar graanstof op grond van longfunctie. De commissie acht het gebruik van een standaard veiligheidsfactor 3 voldoende om hieruit vervolgens een no observed adverse effect level (NOAEL) van circa 1,5 milligram per kubieke meter lucht af te leiden. De gegevens geven volgens de commissie geen aanleiding om een aparte grenswaarde voor blootstelling aan graanstof over kortere tijdsperioden vast te stellen. Er is ook geen aanleiding om een huidnotatie vast te stellen.
Commentaar
Belangstellenden kunnen commentaar leveren op de conceptrapporten. De commentaartermijn loopt tot 14 januari 2011. Het ontvangen commentaar wordt betrokken bij het vaststellen van de definitieve adviezen. Deze zullen worden aangeboden aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Commentaar kan worden gericht aan G.B. van der Voet. Het rapport 'Grain dust – Health-based recommended occupational exposure limit for employees in the grain and animal feed industries' is te vinden op de site van de Gezondheidsraad.