In 2020 zijn in Nederland 5 miljoen ton vochtrijke veevoeders geleverd. Dit is 75.000 ton meer dan vorig jaar, toen de afzet voor het eerst sinds 2008 onder de 5 miljoen ton daalde. De afzet van de meeste producten blijft op een vergelijkbaar niveau van 2019.
Dat meldt de OPNV, een vereniging die de afzet van vochtrijke voedermiddelen voor de veehouderij stimuleert en de belangen behartigt van de betrokken producenten.
De belangrijkste vochtrijke diervoeders zijn net als vorig jaar, aardappelproducten, tarwegistconcentraten, perspulp, tarwezetmeel, bierbostel, maisglutenvoer en kaaswei. Samen nemen deze producten 90% van de afzet van vochtrijke diervoeders voor hun rekening.
Varkens
De hoeveelheid vochtrijke voedermiddelen in het dagelijkse rantsoen van Nederlandse varkens was in 2020 in met 1,9% gestegen tot 2,75 miljoen ton. Het aanbod van aardappelproducten, tarwezetmeel en tarwegistconcentraat was lager dan in 2019. Dit is gecompenseerd door meer afzet van zuivelproducten. De belangrijkste producten voor de varkenshouderij blijven tarwezetmeel, aardappelstoomschillen, zuivelproducten en tarwegistconcentraten.
Rundvee
In de rundveehouderij werd 2,25 miljoen ton vochtrijke diervoeders afgezet. Dit is gelijk aan het voorgaande jaar. Een lager aanbod van bierbostel en tarwegistconcentraat is gecompenseerd door meer perspulp en aardappelproducten, terwijl de afzet van maisglutenvoer constant bleef. In de rundveehouderij zijn de grootste producten perspulp, bierbostel, aardappelpersvezels, tarwegistconcentraat en maisglutenvoer.
