Het overleg tussen Albert Heijn en Milieudefensie over fout veevoer heeft de afgelopen maand onvoldoende opgeleverd, aldus een persbericht van Mileudefensie. Doel was een einde te maken aan het verhaal achter goedkoop vlees, waarvoor in Zuid-Amerika oerwouden worden omgehakt. De supermarkt wilde uiteindelijk niet beloven om binnen maximaal vijf jaar geen vlees meer te verkopen dat is gebaseerd op foute veevoersoja.
Milieudefensie startte half maart de campagne over het 'drama achter goedkoop vlees', waarmee ze Albert Heijn wilde bewegen oerwouden in Zuid-Amerika te redden. Albert Heijn dreigde na de start eerst met juridische stappen maar ging als snel met Milieudefensie om de tafel om te praten over het probleem. Resultaat was, dat Milieudefensie haar campagne een maand lang opschortte. In die tijd wilde Albert Heijn kijken in hoeverre de eisen van Milieudefensie haalbaar zouden zijn. De supermarktketen kreeg drie manieren aangedragen om het probleem rond foute veevoersoja op te kunnen lossen:
-verschuiving van dierlijke naar plantaardige producten
-inzet op meer Europees geproduceerd veevoer
-steekhoudende duurzaamheidscriteria voor de resterende veevoersoja
Helaas blijkt na na het verstrijken van de overlegtermijn dat Albert Heijn nog onvoldoende bereid is om zich in te zetten voor een oplossing van het verhaal achter goedkoop vlees. Veel toezeggingen van het bedrijf blijven vaag of zetten geen zoden aan de dijk. Daarop heeft Milieudefensie de supermarkt nogmaals gevraagd om eenduidig aan te geven of die bereid is om binnen maximaal vijf jaar geen vlees meer te verkopen dat is gebaseerd op fout veevoer. Albert Heijn weigerde dat. Milieudefensie heeft daarom besloten haar campagne te hervatten.
Campagneleider Wouter van Eck van Milieudefensie: "We zijn teleurgesteld dat Albert Heijn zich onvoldoende wil inspannen om de problemen van het foute veevoer op te lossen. Wij willen graag de dialoog met het bedrijf verder voeren, maar dan moet het wel over concrete stappen gaan. We hervatten nu onze publiekscampagne, dat is duidelijk nodig om hen alsnog in beweging te krijgen."
Nederland is de tweede grootste importeur van soja ter wereld. Ruim 90 procent van de soja die in ons land blijft, wordt gebruikt als veevoer, vooral voor kippen en varkens in de intensieve veehouderij. De stichting is van mening dat de productie van kipfilets en speklapjes grootschalige ontbossing veroorzaakt.
Aangaande deze stelling beweert professor Zuurbier van Wageningen Universiteit: "Al met al is er helemaal geen éénduidige lijn tussen ontbossing, teelt van soja, en het pluimveevlees in de schappen van Albert Heijn. Tot dusverre wordt bovendien op slechts 2 procent van de ontboste gebieden soja geteeld en het aandeel soja in de totale wettelijke Amazone is slechts 1,4 procent,' zo rekent Zuurbier voor. De sterke nadruk tussen de relatie soja en Amazone is dus op z'n minst misleidend.
Meer over de mening van prof. Zuurbier is te lezen in een van de komende uitgaven van De Molenaar.