De TU Delft en het Kluyver Centre hebben een nieuw ontwikkelde technologie voor efficiënte productie van bio-ethanol uit landbouwafval gelicenseerd aan DSM.
Productieverbetering
Als onderdeel van de licentieovereenkomst investeert DSM in vervolgonderzoek aan de TU Delft. TU Delft onderzoekers realiseerden in 2009 met het inbouwen van één bacterie-gen in gist belangrijke verbeteringen in de productie van ethanol uit afvalproducten. De gemodificeerde gist produceert meer ethanol en minder bijproducten. DSM streeft een verdere productieverbetering na met het inbouwen van dit concept in een gist voor de productie van tweede-generatie biobrandstoffen uit landbouwafval.
Ethanolopbrengst verhoging
In november 2009 publiceerden Jack Pronk en collega-onderzoekers verbonden aan de TU Delft en het Kluyver Centre for Genomics of Industrial Fermentation in het tijdschrift Applied and Environmental Microbiology over drie belangrijke verbeteringen bij de productie van ethanol uit landbouwafval. Door het inbouwen van één bacterie-gen in bakkersgist werd de ethanolopbrengst flink verhoogd, het bijproduct glycerol werd geëlimineerd en bovendien werd azijnzuur, een verbinding die veel voorkomt in landbouwafval en die ethanolproductie remt, voor een deel omgezet in ethanol.
Tweede-generatiebiobrandstoffen
Voor DSM is de licentieovereenkomst een uitgelezen mogelijkheid om verdere productieverbetering van de gist te kunnen onderzoeken. "Nu al produceert dit gist ruim twee keer zo veel ethanol uit biomassa dan de gangbare productie-organismen die op de markt zijn," zegt Piet van Egmond, R&D programmaleider bij DSM. "Als de gist onder praktijkomstandigheden net zo goed blijft presteren als in de proeven op de TU Delft, is de doorbraak van tweede-generatiebiobrandstoffen weer een stap dichterbij." DSM investeert in vervolgonderzoek bij het Kluyver Centre. Daarnaast kijken DSM en de TU Delft naar mogelijkheden om deze technologie beschikbaar te stellen aan derden.