De CO2-voetafdruk van zalmvoeders verlaagt aanzienlijk met Europese soja in plaats van Braziliaanse soja. Dat blijkt uit onderzoek uitgevoerd door het Oostenrijkse onderzoeksinstituut voor biologische landbouw. Het Wereldnatuurfonds afdeling Oostenrijk en Donau Soja gaven opdracht voor het onderzoek.
Onderzoek
Het Oostenrijkse onderzoeksinstituut voor biologische landbouw (FiBL) onderzocht in samenwerking met Footprint-consult de CO2-uitstoot van zalmvoeders. Het onderzoek richtte zich op Noorse kweekzalm. Uit het onderzoek blijkt dat de CO2-uitstoot door gebruik van Europese in plaats van Braziliaanse soja met 41 procent afneemt. De impact hiervan op Noorwegen als geheel is volgens deze berekeningen een reductie van 3 procent op de totale uitstoot van Noorse broeikasgassen.
De Oostenrijkse afdeling van het Wereldnatuurfonds (WNF) verwelkomt de omschakeling naar Europese soja. “Deze omschakeling draagt bij aan de klimaatvoetafdruk van diervoeders. Bovendien heeft het een gunstige invloed op het reduceren van de druk op tropische regenwouden”, aldus de Oostenrijkse WNF.
Minder emissie
Bij de productie van een kilo soja-eiwitconcentraat van Europese bodem komt 1,6 kilo broeikasgas vrij. Dit getal ligt voor Braziliaanse soja op 6,7 kilo, stelt Donau Soja. Daarmee is de ecologische voetafdruk van Europese soja slechts een vierde van die van Braziliaanse soja. “De verklaring daarvoor is dat voor de teelt van Europese soja geen regenwouden en ecosystemen aantast”, aldus Donau Soja. FiBL keek in het onderzoek ook naar de teeltaanpak, de verwerking van de sojabonen tot concentraat en de transportemissies. De resultaten van het onderzoek zijn weergegeven in een factsheet:
Afhankelijk
Europese soja is een van de standaarden die Donau Soja op de Europese markt aanbiedt. Bij de teelt van deze soja worden minder gewasbeschermingsmiddelen ingezet dan in vergelijkbare sojagewassen. “Bovendien ondersteunt de Europese sojateelt de ontwikkeling van de Europese agrarische sector”, aldus Donau Soja. Gebruik van Europese soja vermindert de afhankelijkheid van de diervoedersamenstelling van Braziliaanse soja. “De coronacrisis maakt duidelijk hoe belangrijk het is om voor belangrijke grondstoffen niet volledig afhankelijk te zijn van derde landen en import”, aldus Matthias Krön, voorzitter van Donau Soja.
Gentech
Volgens Krön was het effect van Europese soja in de voersamenstelling van zalmvoeders in Groot-Brittannië nog groter dan in Noorwegen. Dit komt doordat het Verenigd-Koninkrijk momenteel slecht voor een heel klein deel van de soja-import gebruik maakt van gecertificeerde soja. “Onze soja is gegarandeerd gentech-vrij, gebruikt minder gewasbeschermingsmiddelen, komt uit Europa, is traceerbaar van veld tot eindproduct en voldoet aan alle EU-regelgeving”, aldus Krön.
Duurzaam
De resultaten van de vergelijking tussen Europese en Braziliaanse soja bij gebruik in zalmvoeders zijn volgens WNF Oostenrijk een belangrijk signaal. “Dat signaal moet worden gevolgd door concrete maatregelen. Gebruik van gentech-vrije soja uit Europa levert een belangrijke bijdrage aan het afremmen van klimaatverandering en ontbossing van tropische regenwoud. De productieketen kan daarmee milieuvriendelijke worden. Om dat te realiseren, moet er nog veel gebeuren voordat bijvoorbeeld de visteelt echt duurzaam wordt”, aldus Axel Hein van WNF Oostenrijk. “Enerzijds moeten we de druk op de visstand verminderen. Anderszijds zijn er bij viskweek nog voldoende milieuaspecten die aandacht vragen in de strijd voor verduurzaaming.” Europees geteelde soja kan daaraan een bijdrage leveren en het doel dichterbij brengen”, aldus Hein.
Teelt
De teelt van gecertificeerde Donau Soja vindt plaats in Kroatië, Servië en Roemenië. In totaal 4700 boeren leveren bonen aan Donau Soja. De bonen worden vanuit de regio getransporteerd naar Kalingrad waar ze worden verwerkt tot soja-eiwitconcentraat. Het concentraat wordt in Scandinavië en Groot-Brittannië verwerkt in visvoeders.
Lees ook: Mogelijk duurzamere sojateelt in Brazilië met Nederlandse technologie
