Wanneer de varkensvleesproductie zou plaatsvinden volgens Nederlandse standaarden zijn er 40 procent minder varkens nodig. Door het hoge productiviteit in ons land kunnen 44 miljoen zeugen het wereldwijd benodigde karkasgewicht van 106 miljoen ton produceren.
Efficiëntie
De productie-efficiëntie in Nederland is de afgelopen jaren sterk gestegen. In Noordwest-Europa bestaan er grote verschillen in productiviteit. Zo brengen professionele varkensbedrijven in het Verenigd Koninkrijk jaarlijks 21 slachtvarkens per zeug groot, in Nederland zijn dat er 26. Bovendien wordt een slachtvarken in het VK geslacht bij een karkasgewicht van 80 kg, tegen 92 kg in Nederland (InterPIG, 2009). In China, de grootste varkensproducent ter wereld, worden er jaarlijks gemiddeld 13 biggen per zeug geproduceerd. Het aantal benodigde zeugen per ton slachtgewicht ligt in Nederland dus lager dan in andere landen, aldus de onderzoekers.
Nederland
FAOStat geeft aan dat er in 2009 wereldwijd 941 miljoen varkens waren. De wereldwijde varkensvleesproductie lag in dat jaar op 106 miljoen ton karkasgewicht. Hieruit blijkt dat de productie-efficiënte wereldwijd duidelijk lager ligt dan in Nederland. Bij productie volgens de in Nederlands gerealiseerde efficiëntie zouden er wereldwijd 528 miljoen varkens gehouden hoeven te worden, ofwel ruim 40 procent minder. Nederland zou hierin een rol kunnen spelen als voorbeeldland en voor verspreiding van vakkennis en efficiënt management, aldus LEI.
Oplossing
De wereldbevolking stijgt en burgers worden welvarender. Hierdoor zal de vleesconsumptie toenemen. De OECD verwacht over de periode 2010-2019 een toename van de vleesconsumptie met 19 procent. Tegelijkertijd lijken de voergrondstoffen schaarser te worden, mede door de toenemende vraag naar biobrandstoffen. Een efficiëntieverbetering in de varkensproductie zou de oplossing zijn.
Bron: LEI