De Nederlandse pluimveehouders die zijn getroffen door de fipronilaffaire moeten compensatie krijgen van de overheid, net als hun Belgische collega’s. De Europese Commissie erkent de fipronilcrisis als een ‘uitzonderlijke gebeurtenis’ en geeft de Belgische regering groen licht voor het systeem van schadevergoeding is uitgewerkt. De Commissie heeft een budget van 21,8 miljoen euro goedgekeurd voor de Belgische landbouwsector.
Annie Schreijer-Pierik (CDA Europarlement) vraagt de Europese Commissie met klem om ook bij Nederland en andere lidstaten aan te dringen op steunmaatregelen en de instelling van een compensatiecommissie ‘naar Belgisch voorbeeld’.
Minister weigert compensatie
De fipronil-crisis sloeg in Nederland harder toe dan in België. Eind oktober bedroeg de schade in Nederland reeds 65-75 miljoen euro, in december lag dat bedrag vijf tot tien miljoen euro hoger volgens WER. Waarschijnlijk ontstond er daarbovenop nog ca. 70 – 80 miljoen euro aan indirecte schade voor de ei-pakstations en eiproductenfabrikanten. Minister Carola Schouten van Landbouw meldde gisteravond echter dat ze compensatie weigert. Het ministerie van Landbouw blijft erbij dat de kippenboeren zelf aansprakelijk waren voor de crisis.
“Onbegrijpelijk”, waarschuwt CDA-Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik. “Op deze wijze ontstaat een ongelijk Europees speelveld. Vele Nederlandse pluimveehouders dreigen kopje onder te gaan.”
De Europese Commissie heeft vastgesteld dat de fipronilcrisis “helemaal geen normaal bedrijfsrisico” vormt, benadrukt Schreijer. “In Nederland is de schade voor de sector al opgelopen tot 75 of mogelijk 85 miljoen euro volgens landbouweconomen van Wageningen. De indirecte financiële schade in de keten is nog veel groter. De Nederlandse autoriteiten moeten hun verantwoordelijkheid nemen.”
Schreijer wil dat EU-commissaris Phil Hogan (Landbouw) met minister Schouten een regeling opstelt. “Naast steun uit de nationale begroting moet ook Europese steun overwogen worden, want de nood is enorm”, vindt Schreijer.
