De ministers van Milieu van de lidstaten van de Europese Unie hebben op 2 maart tijdens een bijeenkomst in Brussel een verbod op de teelt van genetisch gemodificeerde maïs in Hongarije en Oostenrijk gesteund. Tot ergernis van de Europese Commissie handhaven Oostenrijk en Hongarije al jaren een verbod op de teelt van MON810, een genetisch gemodificeerde maïssoort van het Amerikaanse concern Monsanto. De twee landen maken gebruik van een voorzorgsclausule omdat ze vrezen dat de maïssoort een bedreiging kan vormen voor het milieu.
De Europese Commissie probeerde op de bijeenkomst van de Europese milieuministers in Brussel een opheffing van de voorzorgsmaatregel in Hongarije en Oostenrijk te forceren, maar dat mislukte. Een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten steunde het moratorium in beide landen. Alleen Groot-Brittannië, Zweden, Denemarken, Nederland en Estland schaarden zich achter het standpunt van de Europese Commissie.
MON810 is al sinds 1998 toegelaten in de Europese landbouw, maar wordt pas sinds 2003 in 7 landen in de EU geteeld. De teelt van de maïs met een ingebouwde resistentie tegen de maïswortelboorder ligt echter nog steeds onder vuur. Frankrijk besloot vorig jaar de voorzorgsmaatregel in te roepen, en ook in Duitsland gaan stemmen op om de toelating van de maïssoort opnieuw te bekijken.
De Europse Commissie verwijst naar een wetenschappelijk advies van de Europese voedselveilgheidsautoriteit EFSA, dat stelt dat de teelt van MON810 geen risico's inhoudt. De Commissie is daarnaast gevoelig voor de druk binnen de Wereldhandelsorganisatie, waar belangrijke handelspartners steeds minder begrip opbrengen voor de weerbarstige houding van de EU ten opzichte van genetisch gemodificeerde producten.
Het is inmiddels de vierde keer op rij dat de lidstaten een verzoek van de Europese Commissie tot opheffing van nationale voorzorgsmaatregelen van de hand wijzen. Eurocommissaris Dimas is echter van mening dat hij wettelijk gebonden is om procedures te lanceren tegen voorzorgsmaatregelen die wetenschappelijk niet gerechtvaardigd zijn.