Zeugenhouders hebben vorig jaar een gemiddelde voerwinst (voerkosten minus omzet en aanwas) geboekt van 416 euro per zeug. Dat is 24,5 procent meer dan in 2007. Vleesvarkenshouders kwamen uit op een voerwinst van 88 euro per dier. Dat is 39,7 procent meer dan een jaar eerder, toen het ging om 63 euro.
Gesloten bedrijven zagen hun voerwinst 13,8 procent stijgen van 772 euro in 2007 naar 879 euro vorig jaar. Dat blijkt uit cijfers die accountants- en adviesbureau Abab bekend heeft gemaakt. De resultaten zijn gebaseerd op de administraties van varkensbedrijven die bij Abab zijn ondergebracht.
Hoewel de voerwinstresultaten beter zijn dan een jaar eerder, wil dit volgens agrarisch bedrijfsadviseur Erik van der Hijden niet zeggen dat de varkenshouderij nu geweldig draait. De overige kosten (voor bijvoorbeeld mest en milieumaatregelen) maken dat de resultaten voor de zeugenbedrijven en de gesloten bedrijven negatief uitvallen.
Ook de kritieke opbrengstprijs, de prijs die een varkenshouder nodig heeft om aan alle verplichtingen te voldoen, wordt niet gehaald op de gemiddelde bedrijven. Dat betekent dus dat de varkenshouders ook vorig jaar zijn ingeteerd op hun vermogen. Uit de cijfers blijkt dat de overige directe kosten dalen. "Kosten voor mestafvoer dalen, maar niet hard genoeg. De financieringskosten stijgen. Bedrijven hebben bij moeten financieren om de tijd door te komen."
Bron: AGD