‘Diervriendelijke productie mogelijk zonder hogere milieudruk’

Met extra maatregelen is het mogelijk diervriendelijker te produceren én de klimaatdoelen te behalen. Dat blijkt uit onderzoek van HAS Hogeschool samen met Blonk Consultants en ZLTO. Met bijvoorbeeld voer, warmtewisselaars, biomassaketels, mestvergisters, mestbandsystemen en zonnepanelen kan de broeikasgasemissie worden gereduceerd.

Dierwelzijn verhoogt druk op milieu

Studenten en docentonderzoekers van HAS Hogeschool samen met Blonk Consultants en ZLTO een scenariostudie verricht naar de Nederlandse vleesketens in 2020. Dit onderzoek is opgezet vanuit het lectoraat Duurzame Veehouderijketens van Han Swinkels en is opgesplitst in twee deelonderzoeken. In het eerste deelonderzoek zijn de milieueffecten van een verbeterd dierwelzijn en -gezondheid in kaart gebracht voor de pluimvee-, varkens- en kalverketen. In de pluimvee-vleesketen blijken extra eisen ten opzichte van de referentiesituatie (‘de Kip van Morgen’) op het gebied van diergezondheid en dierwelzijn veelal een hogere milieubelasting te geven. In de kalver- en varkensketens zijn er goede mogelijkheden om integraal diergezondheid, dierenwelzijn en milieu te verbeteren. Echter om de klimaatdoelen te behalen, zijn ook andere maatregelen noodzakelijk. Het tweede deelonderzoek dat recent is afgerond, richtte zich op aanvullende milieumaatregelen om zo te kunnen voldoen aan de gestelde klimaatdoelen voor 2020.

Extra maatregelen nodig

Met behulp van een Life Cycle Assesment (LCA) model van Blonk Consultants heeft een team van studenten en docent-onderzoekers een ketenanalyse van mogelijke scenario’s voor houderijsystemen en vlees in 2020 gemaakt. In deze scenario’s zijn hogere ambities voor diergezondheid en dierwelzijn opgenomen dan de referentie situaties. Deze referentiesituaties zijn een weergave van de recente afspraken die er in de keten gemaakt zijn rondom dierenwelzijn en diergezondheid. De scenario’s geven een toekomstbeeld van het Nederlandse winkelschap voor vlees in 2020. Deze scenario’s zijn tot stand gekomen op basis van gesprekken in de sector en met maatschappelijke organisaties en borduren veelal voort op in ontwikkeling zijnde innovatieve houderijsystemen. Vervolgens zijn de effecten van deze scenario’s op diverse milieuparameters doorgerekend. De gestelde doelen uit het Convenant ‘Schoon en Zuinig’ worden met de onderzochte scenario’s bij geen van de diercategorieën behaald. “Door vervolgens extra milieumaatregelen toe te voegen aan de scenario’s is het mogelijk om voor wat betreft het primaire bedrijf – de veehouderij – een flinke stap te zetten richting de beoogde doelen binnen het Convenant Schone en Zuinige Agrosectoren”, aldus Michel Smits, één van de betrokken docentonderzoekers.

Resultaten

Het tweede deelonderzoek dat recent is opgeleverd richt zich op de mogelijke milieumaatregelen die toe te passen zijn op het primaire bedrijf (veehouderij). Eveline de Pont, student Dier- en Veehouderij: “Om reële en passende maatregelen te selecteren bij de eerder opgestelde scenario’s is gebruikgemaakt van literatuur en gesprekken met experts en veehouders. De impact van maatregelen die het fossiel energieverbruik en de emissies van broeikasgassen reduceren is in samenwerking met Blonk Consultants met modelberekeningen ingeschat.” Kosten voor de doorvoer van zowel extra eisen op het gebied van dierwelzijn en gezondheid alswel milieumaatregelen zijn buiten beschouwing gelaten.

Het voer heeft een grote impact op het energieverbruik en de broeikasgasemissie per kilogram vlees. Daar wordt elders onderzoek naar gedaan. Vandaar dat in dit onderzoek is gefocust op andere mogelijkheden tot verlaging van fossiele energieverbruik en broeikasgasemissies in diervriendelijke houderijsystemen. De warmtewisselaar, biomassaketel en zonnepanelen zijn de maatregelen die in alle scenario’s op het pluimveebedrijf de grootste reductie op broeikasgasemissie realiseren. Het levert een reductie van 6-15% op ten opzichte van de referentiesituatie in 2010 als we naar het primaire bedrijf inclusief het verbruikte voer kijken. Zonnepanelen en de biomassaketel wekken daarnaast energie op uit een hernieuwbare bron. De energieproductie bij zonnepanelen overschrijdt hierbij zelfs de vraag naar elektra op het primaire bedrijf, waardoor de overtollige energie kan worden teruggeleverd aan het elektriciteitsnet. De teruggeleverde energie kan als compensatie dienen voor andere schakels in de vleesketen.

Maatregelen per sector

Door in de toekomst op kalverhouderijen gebruik te maken van zonnepanelen, biomassaketels, mestballen, frequentieregelaars op ventilatie en energiezuinige verlichting is een besparing mogelijk van 2% op het energieverbruik, produceren zij 19% van het energieverbruik uit een hernieuwbare bron en reduceren zij 11% op broeikasemissies ten opzichte van de gangbare situatie in 2010. Door daar nog extra maatregelen als warmtewisselaars, een mestbandsysteem en het koelen van de mest aan toe te voegen is een nog grotere verbetering mogelijk. De mestvergister, het mestbandsysteem en de zonnepanelen oefenen het meeste invloed uit op de broeikasgasemissies in de varkenshouderij. In de koppeling van maatregelen aan scenario’s leveren zij een reductie in broeikasgasemissie voor het primaire bedrijf (inclusief voercomponent) op van 43 tot 59% ten opzichte van de situatie in 2010.

Eén reactie op “‘Diervriendelijke productie mogelijk zonder hogere milieudruk’

  1. L.S.,

    Het delen met Linkedin etc. lukt niet.
    Jammer.
    Wilma

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Mis geen enkel nieuws uit de diervoederindustrie